Image

Weert en omgeving

Introductie Natuur in Weert en omgeving.
Op onderstaande tabel zie je een overzicht van de door mij bezochte natuurgebieden. Deze kun je aanklikken.
Woorden in de berichten die rood gekleurd zijn, verwijzen naar een onderwerp. Als je daar op klikt kom je in dat bericht terecht. Door links bovenaan het scherm op het pijltje te klikken, ga je weer terug naar het vorige bericht.

"De huidige gemeente Weert en omgeving was in oude tijden voor ¾ omringd door woeste gronden, plassen en moerasgebieden. Het "eiland van Weert" kon toen ook alleen maar bereikt worden via hoger gelegen zandruggen (een overblijfsel uit de ijstijd), die in de moerassige gebieden lagen." (Bron: Stan Smeets, in "Andermaal Altweert").
Volledige tekst >>

Select language

Volgers

COPYRIGHT.. Zonder mijn toestemming mag geen gebruik worden gemaakt van mijn foto's en tekst.......

Image

donderdag 25 december 2025

Herfst 2025.......Paddenstoelentijd deel 3: Van alles wat

Vanwege wat gezondheidsproblemen ben ik dit jaar niet erg actief geweest op mijn blog, waarvoor mijn excuses. Dus hoewel het eigenlijk een prima jaar was met mooie, interessante paddenstoelenvondsten,  heb ik daar pas 2 posts over geplaatst. Omdat het de laatste kans van dit jaar is, plaats ik nu en ook volgende week een post van een aantal waargenomen soorten. Daarna ga ik in “winterslaap” , om straks in het voorjaar, hopen op wat minder droog weer dan afgelopen jaar en om eens wat niet eerder waargenomen voorjaarssoorten te begroeten. 

Image
rossige melkzwam
De ROSSIGE MELKZWAM (Lactarius rufus) wordt voornamelijk aangetroffen in de buurt van naaldbomen, zoals sparren, maar hij kan ook voorkomen nabij berken. Hij is te vinden van de late lente tot in de late herfst. De paddenstoel heeft een gewelfde roodbruine hoed, die trechtervormig kan worden naarmate ze groter wordt. De soortaanduiding rufus (Latijn voor rossig) refereert aan de kleur van de paddenstoel. De hoed kan een diameter van 10 cm bereiken.
Image
De lamellen, die veelal duidelijk zichtbaar zijn door de trechtervorm van de hoed, zijn oranje, geel tot donkerbruin van kleur. Het melksap stroomt vrij overvloedig. Het is waterig wit, mild van smaak, maar laat een bittere nasmaak achter. Het heeft een harsachtige geur.
Image
spinellus fusiger 
SPINELLUS FUSIGER (er is geen Nederlandse naam voor) groeit als een parasitaire knop- of speldenschimmel op paddenstoelen, waaronder verschillende soorten Mycena. Daarom is het ook wel bekend als mycenaparasiet, maar het wordt ook aangetroffen op soorten als het Eikenbladzwammetje en Botercollybia. 
Image
close-up van de knopschimmel  spinellus fusiger
Tijdens de voortplantingsfase groeit de schimmel door de hoed van de gastheerpaddenstoel heen en breekt uiteindelijk door de hoed heen om voortplantingsstengels (sporangioforen) te produceren met daarop minuscule, bolvormige sporenbevattende structuren, sporangia genaamd. Het sporenkopje is in het begin melkwit en heeft in volwassen stadium een zwarte kleur. Het meet 0,1 mm in diameter. Het sporenkopje groeit op een tot 2 cm lange doorzichtige draad.
Image
Knoopzwam p.p. - waarschijnlijk de Grootsporige paarse knoopzwam
Op een sterk verrotte stam trof ik deze mooie knoopzwammen aan, die ik noteer als: KNOOPZWAM P.P.  Met de toevoeging P.P. = Pro Parte (Latijn voor "deels") wordt bedoeld dat er meerdere soorten onder deze naam schuil kunnen gaan.  Al eerder heb ik iets geschreven over de Paarse knoopzwam, maar bij een vondst van een Paarse knoopzwam moet er tegenwoordig verplicht microscopisch onderzoek gedaan worden om de juiste soort te determineren. 
Image
 Gaandeweg is men namelijk gaan inzien dat je niet over dé Knoopzwam kunt praten, want microscopisch onderzoek heeft laten zien dat deze soort in het veld anders niet te onderscheiden is van nauwverwante soorten.   In dit specifieke geval verwijst "Knoopzwam p.p." dus naar zowel de Paarse knoopzwam (Ascocoryne sarcoides) als de Grootsporige paarse knoopzwam (Ascocoryne cylichnium)
Omdat deze twee soorten erg op elkaar lijken, worden waarnemingen ook vaak onder de gezamenlijke naam "Paarse knoopzwam sl." ingevoerd. SL = sensu lato, wat "in ruime zin" betekent.
Image
gerimpelde korstzwam 
Ik ben er bijna zeker van dat dit de GERIMPELDE KORSTZWAM (Stereum rugosum) is, maar toch zijn er enige twijfels. Het is namelijk niet goed meer na te gaan van welke boom deze stronk is. De Gerimpelde korstzwam komt voor in de meeste soorten loof- en gemengde bossen. De voorkeur gaat vooral uit naar beukenbossen (zoals de Herbertusbossen in Heeze, waar ik hem vond), maar het zou ook de Eikenbloedzwam kunnen zijn, want eiken staan daar ook......

Deze korstzwam soort leeft saprotroof op dode, nog staande stammen of stronken  (of ook soms als wondparasiet), in bossen en parken op allerlei grondsoorten. Het oppervlak is bruingeelachtig of grijsgeel en gerimpeld. Bij vochtig weer is de zwam grijs tot roestbruin van kleur. Eventuele schelpvormige 'hoedjes' zijn donkerbruin en viltig. Door stevig erover te wrijven of te krabben wordt het geelachtige oppervlak rood. Bij droge vruchtlichamen komt de rode kleur pas tevoorschijn na bevochtiging. Dat geldt overigens ook voor de Eikenbloedzwam.
Image
toefige labyrintzwam
Deze TOEFIGE LABYRINTZWAM (Abortiporus biennis) op een bedje van gewoon klauwtjesmos, is een nog heel jong exemplaar uit de familie Meruliaceae. Van toefjes is hier nog geen sprake. Na verloop van tijd krijgen ze meestal een rozetvorm waar de toefjes wel te zien zijn, maar ze kunnen de vreemdste vormen aannemen. Ze produceren vaak guttatiedruppels die vaak rood/oranje kleuren, waardoor ze ook wel Bloeddruppelzwam worden genoemd.
Image
onderkant van de toefige labyrintzwam
Andere soorten die bij de familie  Meruliaceae horen, zijn bijvoorbeeld de spekzwoerdzwam, donzige korstzwam, paarse korstzwam, grijze buisjeszwam , bleke- en gele stekelkorstzwam. 
Als de paddenstoel jong is, is de hoedkleur nog licht (loodwit-achtig), later wordt hij wat donkerder (lichtroze) van kleur. De bovenzijde van de hoed is fluweelachtig en voelt wat viltig aan.
ImageImage
 voorbeelden van uiteindelijke vormen van de toefige labyrintzwam
Al eerder dit jaar vond ik in het Munningsbos (Sint Odilienberg) meerdere "volwassen" exemplaren op een vergane beuk. In mijn blog kun je nog meer oudere en bijzonder afwijkende exemplaren bekijken en kun je ook wat meer over deze bijzondere paddenstoel lezen.  Heb ik je nieuwsgierig gemaakt? Klik dan HIER.
Image
roestkleurige borstelzwam
De ROESTKLEURIGE BORSTELZWAM (Hymenochaete rubiginosa) is een saprotrofe paddenstoel (groeit dus op stronken en liggende dode stammen) uit de familie Hymenochaetaceae. Je treft hem aan op (stronken van) loofbomen, vooral eiken, wat hier ook het geval was. Het is een witrot veroorzakende zwam die het gehele jaar voorkomt. Hoewel hij in onze omgeving minder vaak voorkomt, is het in Nederland en België algemeen en thans niet meer is bedreigd (TNB). Het is een taaie soort en je kunt hem na wat nachten vorst nog steeds vinden.
Image
onderkant van de Roestkleurige borstelzwam
Het vruchtlichaam heeft een doorsnede van 4–7 cm. De in de breedte aan het hout gehechte duidelijk afstaande hoedjes groeien in rijen naast en/of boven elkaar. Ze zijn vaak sterk met elkaar vergroeid en hangen dikwijls wat schuin naar onder. De bovenzijde is dof fijnviltig en gezoneerd. Het dunne vlees is taai en donkerbruin. Bij de aanhechting is de kleur bijna zwart donkerbruin, naar de rand toe zijn er meerdere wisselend getinte bruine zones. De onderzijde is glad of wat bultig en wijnrood van kleur. De geur is onopvallend.
Image
kroontjesknotszwam
De KROONTJESKNOTSZWAM (Artomyces pyxidatus) is een relatief nieuwe soort in Nederland, met de eerste officiële vondst in 1996. Deze opvallende zwam werd vervolgens in 2002 ook in Vlaanderen bevestigd, en is sindsdien een algemene en bekende soort.  Het is een schimmel uit de familie Auriscalpiaceae. Daar horen o.a. de Oorlepelzwam en de Bruine anijszwam bij. In Nederland komt de soort nu (anno 2025) vrij algemeen voor, hoewel hij in de noordelijke provincies minder vaak gevonden wordt (bron: Verspreidingsatlas).  Het is dus geen bedreigde soort meer en staat ook niet op de rode lijst. 
Image
kroontjesknotszwam
 Hij groeit op liggende, ontschorste stammen, vooral van (ratel)populieren, maar ook van wilgen. Ik kon hier niet meer zien van welke boom deze stam was. Voorts is de kleur hiervan geeloker met vleeskleurige tint tot lichtkaneelkleurig met gelige toppen. Het eenjarige vruchtlichaam heeft een lengte van 4 tot 12 cm. De vorm is kandelaarachtig met rechtopstaande takken. 
Image
detail van de kroontjesknotszwam
De kroontjesknotszwam mag dan wel lijken op de rechte koraalzwam (Ramaria stricta), maar het meest karakteristieke kenmerk van deze soort is de kandelaarachtige vorm met kroonvormige toppen. Het mag dan wel een spectaculaire koraalzwam-achtige paddenstoel zijn, maar de Kroontjesknotszwam is zelfs niet verwant met koraalzwammen. Daarover is men het op basis van microscopische kenmerken al snel eens geworden. De takken staan dicht bij elkaar. De basis is stronkachtig vergroeid. De kleur is bleek vleeskleurig tot beige of okergeel. Het elastische, ietwat taaie vlees (trama) is wit tot geelachtig van kleur en wordt bruin bij wrijven.
Image
mollisia p.p.
De vruchtlichamen van deze soort zijn kleine steelloze schijfzwammetjes van ca. 2 à 3 mm. doorsnee. Waarschijnlijk is dit de veel voorkomende GEDRONGEN MOLLISIA (Mollisia cinerea), maar dat is onzeker. In Europa komen namelijk ruim 50 soorten Mollisia voor, die zonder microscoop en eventueel chemisch onderzoek niet of nauwelijks gedetermineerd kunnen worden. Dat is hier niet gedaan. 
Vandaar de naam mollisia p.p. of met andere woorden: een onbekende mollisia. 
Image
mollisia p.p.
Het is een beker- tot schotelvormige zakjeszwam, die voor komt in groepen van soms wel honderden tegelijkertijd. Hij leeft saprotroof op vermolmd hout van allerlei soorten loofbomen, zoals beuk, berken, eik, hazelaar of linde. Bij uitzondering ook op naaldbomen.

donderdag 4 december 2025

Herfst 2025.......Paddenstoelentijd deel 2: Van alles wat.

Men zegt wel eens dat “paddenstoelen van mensen houden”.... Je hoeft namelijk zelden ver van de gebaande paden te gaan om ze te vinden. Je hoeft dan ook niet bang te zijn dat je grote afstanden moet afleggen. Diep in het bos kom je ze vaak ook niet tegen. Veel (de meeste) paddenstoelen, zijn dan ook vanaf de paadjes waargenomen. 

Het was eigenlijk een prima jaar, met mooie, interessante soorten.  De afgelopen weken ben ik met de paddenstoelenwerkgroep 7 keer op pad geweest. De eerste weken viel het wat tegen vanwege de droogte, maar na een paar pittige regenbuien hebben we veel, interessante, en niet eerder geziene soorten gevonden. Het hoogste aantal was 84 verschillende soorten op één voormiddag. Daar wil ik er in deze post en volgende weer wat van laten zien.

Image
Conisch kalkbekertje
Ook nu weer heb ik leuke en niet eerder waargenomen myxomyceten (slijmzwammen) gevonden. Het is niet duidelijk tot welke groep van organismen myxomyceten (slijmzwammen) eigenlijk behoren: ze zijn geen dier, geen plant en geen paddenstoel. Hun vruchtlichamen lijken op die van echte schimmels, maar hun erfelijke eigenschappen laten zien dat ze meer verwant zijn aan eencellige organismen en amoeben.
Omdat ze net als paddenstoelen vruchtlichaampjes en sporen vormen, worden ze toch bij die groep gerekend.
Image
Image
Dit is het CONISCH KALKBEKERTJE (Craterium leucocephalum). Het is een slijmzwammetje behorend tot de familie Physaridae. Het plasmodium dat hier niet meer zichtbaar is, is geel. Het leeft saprotroof op (takken van) loofbomen en -struiken. In Nederland komt het vrij zeldzaam voor.
Image
Langstelig kroeskopje
Hoewel microscopisch onderzoek nodig is voor een zekere determinatie, is dit nagenoeg zeker het LANGSTELIG KROESKOPJE (Comatricha nigra). Een sierlijk slijmzwammetje van slechts enkele mm. hoog . Je kunt ze meestal talrijk vinden op dood hout en schors, ook op rottende planten. 
Image
Langstelig kroeskopje
De onrijpe vruchtlichaampjes zijn wit tot roze en staan op slanke, zwarte steeltjes. Al vrij snel kleuren de vruchtlichamen zwart. De steeltjes worden uiteindelijk 2-6 maal zo lang als de diameter van het vruchtlichaam.
Image
variabel kristalkopje
Het VARIABEL KRISTALKOPJE (Didymium squamulosum) is een slijmzwammetje in de familie Didymiaceae. Het zwammetje, met een lengte van slechts 2 mm., groeit saprotroof op bladeren en uitwerpselen van herbivoren. Ik vond deze tussen het mos op de laatste resten van zwavelkopjes. 
In Nederland komt de soort vrij algemeen voor. Door de geringe afmeting was het moeilijk fotograferen.
 Hier zijn de hoedjes nog wit, maar 2 dagen later waren ze blauw..... Over variabel gesproken. 
Microscopische controle is eigenlijk nodig voor zekere determinatie, maar is door myxomycetenkenner Jurgen Nieuwkoop op waarneming.nl goedgekeurd.
Image
bruinsnede-mycena
Ik laat nu nog wat andere "gewone" soorten zien. Dit leuke paddenstoeltje is de BRUINSNEDEMYCENA (Mycena olivaceomarginata). Het is een saprotrofe schimmel; een organisme dus dat leeft van dood organisch materiaal, zoals dode bladeren of hout, en het afbreken daarvan. Ze zijn cruciaal voor het opruimen van dood materiaal en het recyclen van voedingsstoffen in een ecosysteem. Ik vond deze in het Weerterbos. Hij komt voor in naald- en gemengde bossen, op open plekken, parken, langs bermen en bosranden. De vruchtlichamen ontwikkelen zich op dode plantenresten, op dennennaalden, bosafval en gras. Ze verschijnen van zomer tot herfst. De soort komt voor in Europa en Noord-Amerika. De lamellen zijn buikig, smal aangehecht, kleur variërend van witachtig tot grijs of olijfgrijs.  In totaal reiken 13 tot 20 lamellen tot aan de steel.
Image
holleboomkaaszwam
Ik ging er na enig zoekwerk op internet van uit dat het hier een Sneeuwwitte- of Getande kaaszwam betrof. Deze soort wordt namelijk aangetroffen op naaldbomen en dat was hier het geval.  Bij invoering op waarneming.nl werd echter 100% zeker dat het de HOLLEBOOMKAASZWAM (Postia ceriflua) moest zijn. 
Image
holleboomkaaszwam
Volgens literatuur is hij bekend van spleten en holten van sterk vermolmde stronken, of stammen van naaldbomen. Ik had de afgelopen 13 jaar nog nooit van deze soort gehoord....... Niet zo vreemd eigenlijk, want deze soort staat op de NMV verspreidingsatlas namelijk bekend als ZZ = zeer zeldzaam, dus .......... 
Voor een zekere determinatie is ook hier eigenlijk microscopisch onderzoek nodig. Dat geldt overigens voor de meeste kaaszwammen. 
Image
holleboomkaaszwam
Een van de kenmerken van deze buisjeszwam zijn de guttatiedruppels en vooral de ronde gaatjes in de buisjeslaag waar guttatiedruppels hebben gezeten. Die guttatiedruppels verschijnen omdat de paddenstoel in de groei grote hoeveelheden vocht opzuigt en het overschot aan water kwijt moet. 
Image
brandnetelklokje
Dit kleine paddenstoeltje is het BRANDNETELKLOKJE (Calyptella capula). Zoals de naam suggereert zou je deze moeten vinden op brandnetels, maar het komt ook voor op andere kruidachtige planten of op bladeren. Ik kon niet meer achterhalen wat voor soort takje dit was. 
Image
brandnetelklokje
Kenmerkend voor alle brandnetelklokjes zijn de kleine, kelkvormige vruchtlichamen die aan een korte steel vanaf hun substraat naar beneden hangen. Het geheel is nog geen centimeter lang en de kelkjes zijn nog geen 5 mm in doorsnee; meestal groeien ze in zwermen, waardoor ze ondanks hun geringe grootte toch behoorlijk op kunnen vallen.

zondag 9 november 2025

Extra bericht: 13 jaar Weert en natuur.

 Ik kijk vandaag voor de 13e keer terug op mijn op 12 november 2012 gestarte weblog “Weert en natuur”. Het afgelopen jaar is helaas niet gelopen zoals ik hoopte en wenste. Mijn gezondheid liet te wensen na. Langzaamaan ben ik aan het opkrabbelen, maar het zal nog wel even duren voor ik weer de oude ben. Dat het niet lekker ging was ook te merken aan het aantal geplaatste posts.

Image

Er waren de  afgelopen 12 maanden slechts 5 posts. Ik heb nu in totaal 386 posts geplaatst en het aantal pageviews in de afgelopen 12 jaar is gestegen naar 545.127.  Vorig jaar waren dat er nog 470.000. Dat betekent dus dat er dit jaar liefst 75.125 pageviews zijn geweest. 

 Image

Een gemiddelde van ruim 6200 per maand. Een onvoorstelbaar groot aantal. En dat voor een blog, waar vooral lokale onderwerpen worden beschreven. Een hele prestatie, al zeg ik het zelf.

 Als ik ga kijken hoe vaak de  posts het afgelopen jaar zijn bezocht, zie ik deze top 10: Image

 Image

 Het afgelopen jaar heb ik een interview gehad met de alom in Weert bekende Ton Adriaens. Dat gesprek  is in het blad “Weert Magazine” geplaatst onder de kop “Mooi mens”.  Velen hebben dat interview nog eens kunnen lezen via de link die ik op mijn blog plaatste.

Met de fotograaf ben ik naar vervolgens naar de “Kootspeel” gegaan voor wat foto’s, waarvan dit er een is. Over natuurgebied de Kootspeel heb ik liefst 3 posts geplaatst die gingen over toen, nu en de toekomst.  Een interessante plek met een minder fraai verleden.

Image

Ook nu weer een vaak gelezen post over “allemaal beestjes”, waarvan de zomersmaragd  of kleine julikever er één is. Ook vertel ik in deze 30e post over insecten iets over deze interessante Gewone kameleonspin. Dat alles kun je HIER nog eens nalezen.

 Image

Op de derde meest bezochte post, vertel ik iets over  landgoed “Les Beaux champs”. Daar vinden al enige jaren restauratiewerkzaamheden plaats en men kon er tijdens de Open Monumentendag op 13 en 14 september  een bezoekje brengen. Blijkbaar is bij velen de interesse gewekt en zijn ze  op internet gaan zoeken om er meer over te weet te komen. En aangezien er weinig over geschreven is, kom je vanzelf op mijn blog terecht.

Image


 

Hoewel ik weinig "reclame" maak voor mijn blog, is ook het aantal volgers gestegen van 38 naar 45. Hoewel er dat uiteraard nog veel meer zouden moeten zijn, ben ik daar best trots op. Ik wil dan ook iedereen hartelijk bedanken voor de bezoekjes en reacties en hoop jullie nog vaak terug te zien.


dinsdag 21 oktober 2025

Herfst 2025.......Paddenstoelentijd deel 1: Myxcomyceten

Het paddenstoelenseizoen is weer begonnen. Ik ben de afgelopen weken al een paar keer op stap geweest met een groepje mycologen en er zijn al een aantal interessante vondsten gedaan. Hoewel ik nog niet helemaal in goede doen ben, zijn deze uitstapjes lekker relaxed en vergen niet veel van mijn energie. 
Ik wil in deze eerste post van het seizoen een aantal nieuw gevonden myxomyceten (slijmzwammen dus) laten zien.  Hoewel niet de gemakkelijkste groep, vind ik deze namelijk heel interessant.
Image
Netvormig langdraadwatje
  Wat je hier ziet is een draadwatje. De slijmzwam Trichia of Draadwatjes omvat liefst veertien soorten die veel op elkaar lijken. Met name de onrijpe groep gesteelde en ongesteelde soorten en min of meer gele vruchtlichamen zoals het Goudgeel draadwatje en Gezellig draadwatje kunnen alleen betrouwbaar worden bepaald op basis van hun microscopische kenmerken, aangezien de vruchtlichamen van wit en olijfgroen via geel tot goudbruin elke kleurtint kunnen aannemen.

Het draadwatje op deze foto  is echter nauwelijks te verwarren met andere soorten vanwege het opvallende netpatroon. Het is het NETVORMIG LANGDRAADWATJE (Hemitrichia serpula). Dat netpatroon kan verspreid worden over een oppervlakte van maximaal 100 vierkante centimeter, maar is meestal kleiner. Dat is hier ook het geval. Het zal maximaal 10 cm2 zijn geweest. 
Deze mooie slijmzwam komt vooral voor in de nazomer tot herfst en lente en “leeft” in loof- en naaldhout, waarbij loofhout de voorkeur heeft. Deze vonden we bij toeval op een oude omgevallen beuk. Bij toeval ja, want het vruchtlichaam is slechts tussen de 0,4 en 0,6 millimeter breed en hoog, waarbij de netmazen 0,3 tot 5 millimeter groot zijn. De vlechtdraden zijn goudgeel tot oranje gekleurd. Het is elastisch en kan van de vruchtlichamen worden getild, ontrafelt worden als wollen draden, breekt niet en is gedraaid. Dat is niet uitgeprobeerd. Het zou zonde zijn om deze zeldzame soort te “vernachelen”, zodat andere eventuele liefhebbers er niet meer van kunnen genieten.
Image
Gebundeld kelkpluisje
Op dezelfde oude beuk vonden we meerdere soorten slijmzwammen zoals het GEBUNDELD KELKPLUISJE (Metatrichia vesparia). Dit slijmzwammetje is ingedeeld bij de familie Trichiaceae. Een familie waar o.a. ook goudkussentjes, draadwatjes, langdraadwatjes en netwatjes bij horen. 
Image
macro gebundeld kelkpluisje
Het komt matig algemeen voor in ons land. Twee jaar geleden vond ik die daar ook al en heb ik daar al iets over verteld. Wil je dat nog eens  lezen, dan moet je even op deze link klikken.
Image
peervormig draadwatje (?)
Verder troffen we er nog enkele andere soorten draadwatjes aan. Ik vermoed dat je op deze foto het PEERVORMIG DRAADWATJE (Trichia decipiens) ziet, maar er is enige twijfel. Eigenlijk kun je het pas definitief bevestigen na rijping en kan het pas door microscopisch onderzoek aangetoond worden. 
Image
Van het Peervormig draadwatje is bekend dat ze in de eerste fase wit zijn , in de 2e fase roze of oranje, in de 3e fase bruin. Bij de 4e fase gaat aan de bovenzijde een kapje open en verschijnt een draderige pruikje oftewel de draadwatjes.  Onder andere op de site "Alles over paddenstoelen"  kun je een vergelijkbare foto vinden en de rijpe fase met de watjes.
Image
myxomyceet indet= onbekende slijmzwam
Image
Ook dit zijn hoogstwaarschijnlijk weer draadwatjes, maar ik kreeg op waarneming.nl van expert Jurgen Nieuwkoop te horen, dat dat met de foto alleen niet aan te tonen is vanwege de onrijpe fase en dat het daarom wat hem betreft beter "Myxomyceet indet"  genoemd kan worden, wat zoveel betekend als onbekende soort.................
Image
fopdraadwatje
Ook hier dacht ik met peervormige draadwatjes van doen te hebben, maar toen ik deze foto op waarneming.nl plaatste, kreeg ik van myxomycetenexpert Jurgen Nieuwkoop te horen dat het geen “gewoon” peervormig draadwatje is, maar het FOPDRAADWATJE (Trichia varia). Ben ik er dus mooi ingetuind.... Het fopdraadwatje groeit in kleine of grote groepen, soms op een heel kort donkerbruin tot zwart steeltje (van 0,1 tot 0,5 mm), maar meestal liggend of zittend (dus zónder steeltje). 
Het leeft saprotroof (levend van dood organisch materiaal, in dit geval dus een vermolmde beuk). Op hout dus. Zeldzamer komt het voor op bladeren. De vruchtlichamen kun je het hele jaar door vinden. Je vindt ze opvallend wit (in het eerste stadium), daarna verkleuren ze naar licht okergeel, oranjegeel, geel of geelbruin en zelfs grijs tot bijna zwart. Door al die verschillende kleuren word je dus misleid, of met andere woorden  "gefopt".............
Image
boomwrat onbekend
Over de BOOMWRAT  heb ik al vaker foto's laten zien en er over geschreven. Het is een veel voorkomende myxomyceet.  Ik noemde haar toen nog Gewone Boomwrat, Bloedweizwam, of Blotebilletjeszwam. Uit moleculair onderzoek in 2023 is echter gebleken dat die "Gewone" boomwrat (Lycogala epidendrum), zoals die tot voor kort werd opgevat, bij een groep behoort, die in ons land minstens negen andere soorten omvat; naast de Gewone boomwrat (Lycogala epidendrum) zijn dat nog bijvoorbeeld de Dwergboomwrat (Lycogala conicum), Gekamerde boomwrat (Lycogala confusum), Kleine boomwrat (Lycogala exiguum) en Reuzenboomwrat (Lycogala flavofuscum). De soorten kunnen daarom in het vervolg alleen met behulp van een microscoop worden onderscheiden. Dat is hier niet gebeurd. Hoewel ik vermóed dat het de Gewone boomwrat is, moet ik hem nu officieel "BOOMWRAT ONBEKEND" (Lycogala spec.) noemen, omdat ie niet microscopisch is onderzocht...
Image
dwergboomwrat
Dat onderzoek is niet nodig voor deze kleine DWERGBOOMWRAT (Lycogala conicum). Ook een boomwrat dus, maar deze is  op naam te brengen vanwege haar opvallende afwijkende uiterlijk en kleur. Ondanks de onaantrekkelijke naam "wrat" vind ik het een heel aantrekkelijke en vooral ook een fotogenieke verschijning. 
Zij leeft saprotroof op rottend hout van vooral loofbomen. In dit geval dus een beuk. Wat je op deze foto ziet is in feite een opeenhoping van vruchtlichaampjes, die min of meer kegel- tot eivormig vergroeid zijn. Zij wordt slechts 1 tot 4 mm. hoog. De wand is stevig en scheurt bij rijpheid aan de bovenzijde open om de sporen vrij te laten. 
Image
dwergboomwratjes met op de achtergrond waarschijnlijk fopdraadwatjes
Dit zijn nog zeer jonge boomwratjes. Dat is te zien aan de helder roze kleur. Later verkleuren ze naar beige. Het oppervlak is aanvankelijk bedekt met blaasjes, die uiteindelijk indrogen tot zeer karakteristieke donkere, grillige, vertakte schubjes. Die schubjes zitten vooral aan de bovenzijde en variëren in grootte, kleur en vorm. Op de detailfoto kun je dat wat beter zien. Deze soort staat te boek als zeldzaam en dit was dan ook de eerste keer dat ik dat mooie zwammetje vond.
Image
netwatje (g), mogelijk het karmijnrood netwatje
Tot slot nog rijpe NETWATJES (G). Omdat niet duidelijk is om welke soort het gaat, is (G) toegevoegd. Hiermee bedoelt men de héle groep netwatjes. "Netwatjes" is de Nederlandse naam voor een groep schimmels, specifiek van het geslacht Arcyria. Afgaande op de kleur van deze rijpe exemplaren denk ik aan het Karmijnrood netwatje, maar om te weten of dit klopt, is in dit geval ook weer microscopisch onderzoek nodig. Een vaardigheid die ik niet beheers. 
Arcyria is een geslacht van slijmzwammen uit de orde van de Trichiida. Ze staan bekend om hun netachtige structuur, vandaar de naam. Die structuur is hier overigens niet te zien. Met enkele van zijn soorten is het geslacht een van de meest geografisch en ecologisch verspreide geslachten, die bestaat uit meer dan 25 soorten. 
Image
lang netwatje
Om je enig idee te geven hoe een netwatje en de netachtige structuur er uit kan zien, laat ik hier een soort zien, die ik eerder vond en waar ik iets over geschreven heb in oktober 2023. Het is het LANG NETWATJE (Arcyria obvelata). Vanwege de opvallende eigenschappen, is dit een soort waar een veldwaarneming ook weer voldoende is om te weten wat het is. Als je op de naam klikt, kun je dat alles nog eens nalezen.

Blogarchief